De economische bloei van Brugge in de late middeleeuwen
In de late middeleeuwen nam de internationale handel langzaam toe. Brugge was een geliefde handelsstad. Het lag aan het Zwin. Dat was een stuk binnenwater dat bevaren kon worden met zeewaardige schepen. Maar het Zwin begon te verzanden in de twaalfde eeuw, waardoor schepen moeite kregen met de haven te bereiken. Om dat probleem op te vangen, werd een dam aangelegd waar zeeschepen hun goederen konden lossen. Binnenvaartschepen – met een geringere diepgang – brachten vervolgens de goederen via een kanaal naar Brugge.
Brugse handel en nijverheid
In de dertiende en veertiende eeuw nam Brugge in de interregionale handel de rol van Atrecht – het huidige Arras – over. Deze verschuiving werd veroorzaakt door toenemende handel overzee. Vlaanderen begon een geliefde uitvalsbasis te worden voor handelaren uit Italië. Vooral Genuese handelaren reisden liever naar Brugge dan naar het Noorden van Frankrijk. Voorheen hadden de Italiaanse handelaren de jaarmarkten in Noord-Frankrijk aangedaan. Maar dit gebied was door de Honderdjarige Oorlog tussen Frankrijk en Engeland steeds onveiliger geworden. En Brugge verdiende goed aan deze handelaren. Zo werd Brugge niet alleen belangrijk als regionaalhandelspunt, maar werd het ook een spil in een groter internationaal handelsnetwerk.
De toestromende handel had ook gevolgen voor de Vlaamse nijverheid. De textielnijverheid groeide zo snel, dat er een tekort ontstond aan inheemse wol. Brugge en Gent lieten per schip wol importeren uit Engeland. Door de gunstige ligging van Brugge, verliep deze handelsstroom via de Brugse haven.
Niet alleen buitenlandse factoren droegen bij aan de groeiende handel. Vlaanderen was in de late middeleeuwen in rap tempo verstedelijkt. De lokale graanproductie door Vlaamse boeren was niet meer toereikend om de stedelijke bevolking van voedsel te voorzien. Hierdoor werd invoer van graan uit het Oostzeegebied noodzakelijk. Aanvankelijk werd die handel beheerst door de grootste Hanze van Europa, een machtige stedenbond van Duitse en Baltische handelssteden. Naast graan werden ook andere producten uit het Oostzeegebied aangevoerd. Vanuit Brugge namen zij Vlaamse lakens, wijn en andere producten uit het Middellandse Zeegebied mee naar het Noorden. Om handelaren te blijven trekken, richtte de stad enkele faciliteiten op die de handel in de stad veiliger en makkelijker maakte. Hierdoor groeide Brugge uit tot één van de grootste handelssteden van Noord-Europa.









